Psalm 80
Kees Waaijman leidt de psalm in.
1 Voor de verduurder.
0 Op ‘leliën’.
0 Getuigenis.
0 Van Asaf.
0 Deun.
2 Die Israël weidt, heb oor,
0 die Jozef als een kudde drijft.
0 Die zetelt op de cherubs, verschijn
3 voor het gelaat van Efraïm en Benjamin en Manasse.
0 Roer jouw sterkte
0 en ga ons bevrijden.
4 Machtige, keer ons
0 en doe lichten jouw gelaat, en wij zijn bevrijd.
5 Wezer Machtige met de drommen,
0 hoelang walm Jij bij het pleit van jouw volk?
6 Brood van tranen laat Jij hen eten
0 en Jij drenkt hen met tranen in drievoud.
7 Jij plaatst ons als vonnis voor onze omwonenden
0 en onze vijanden bespotten ons onder elkaar.
8 Machtige met de drommen, keer ons
0 en doe lichten jouw gelaat en wij zijn bevrijd.
9 Gerank rukte Jij uit Egypte,
0 Jij jakkerde naties en plantte het.
10 Gelaten heb Jij zijn gelaat,
0 en zijn wortels liet het wortelen
0 en het vulde het land.
11 Bergen werden bedekt met zijn schaduw
0 en Machtige ceders met zijn takken.
12 Het zond zijn twijgen tot de zee
0 en naar de rivier zijn zuigelingen.
13 Waarom bres Jij zijn wanden
0 en al wie de weg betijgen plukken hem?
14 Het zwijn uit het woud snaait het
0 en het gewemel van het veld weidt het af.
15 Machtige met de drommen, keer toch,
0 kijk uit de hemel en zie
0 en bekommer je om dit gerank
16 en de loot die jouw rechter plantte
0 en de zoon die Jij stoer liet worden voor Jou.
17 Geblakerd in het vuur, verminkt is hij,
0 door het briesen van jouw gelaat sneven zij.
18 Jouw hand weze over de man aan jouw rechter,
0 over de aardelingzoon die Jij stoer liet worden voor Jou,
19 en wij verzwinden niet van Jou,
0 doe ons leven, en wij roepen jouw naam.
20 Wezer Machtige met de drommen, keer ons,
0 doe lichten jouw gelaat en wij zijn bevrijd.